Piano Quartets - CD (0099925425722)

"Antonín Dvorák had een passie voor kamermuziek; hij speelde die graag met vrienden, en kwam er misschien al snel achter hoe goed commerciële handelswaar dergelijke stukken vertegenwoordigden. Hij schreef het eerste van zijn twee pianokwartetten, Op. 23, op 34-jarige leeftijd, en tegen die tijd was menig uitgever geïnteresseerd in zijn werken. De Tsjechische media uitten hun tevredenheid over het feit dat Dvorák de buitenlandse invloed achter zich had gelaten en dat de Slavische geest in zijn muziek de overhand had gekregen. Een voorbeeld hiervan zijn de Moravische Duetten, op.20, en de Serenades, op.22, die in dezelfde tijd ontstonden. De uitgever Fritz Simrock betreurde het bitter dat hij het eerste kwartet had afgewezen en herinnerde de componist er voortdurend aan: ""Ik zou graag een pianokwartet nemen, het liefst zelfs twee"". Toen Dvorák in de zomer van 1889 aan het schrijven van zijn tweede kwartet begon, klaagde hij dat hij een ""trage hand"" had, maar hij benadrukte dat hij ideeën in overvloed had: ""Mijn hoofd zit er vol van ... Ik heb drie delen van een nieuw kwartet met piano af, en de finale zal over een paar dagen klaar zijn. Het is boven verwachting goed gegaan, de melodieën rollen me binnen."" De schoonheid van het stuk werd treffend beschreven door de vooraanstaande Weense criticus Eduard Hanslick: ""Het kwartet vereist van de luisteraar een behoorlijke oplettendheid en een goede kennis van zaken, die echter werkelijk de moeite loont."" Het ensemble dat de naam van de componist draagt, heeft zich aangesloten bij de befaamde traditie van hun grote leermeesters - Ivan Moravec, Josef Vlach en Milan Škampa. Zij presenteren Dvorák op zijn best, zowel conventioneel als geraffineerd."